Geelbuikortholaan / acaciagors

Sinds een aantal maanden ben ik in het bezit van twee koppels geelbuikgorzen of acaciagorzen. Jaren had ik er naar uitgekeken, maar nu in de winter van 2019 was het lot mij gunstig gezind en kon ik op twee verschillende locaties een koppel bemachtigen. Zoeken op Google leerde me dat niet veel informatie is te vinden over deze prachtige vogels. Van de eerste verkoper kreeg ik wat informatie over de huisvesting en het voer, de eigenaar van het tweede koppel was een handelaar die niet veel wist te vertellen over de vogels. 

Voeren doe ik nu met een mengeling van putterzaad en gorzenzaad. Daarnaast krijgen de vogels een samenstelling van en universeelvoer en eivoer in een verhouding 1 op 1. Soms worden wat ontdooide pinkies gegeven. De vogels doen het op dit voer goed en zijn in prima conditie.

Omdat ik van de leveranciers van beide koppels alleen mondeling de toezegging kon krijgen dat het werkelijk een mannetje en een vrouwtje was heb ik een DNA geslachtstest uit laten voeren. Gelukkig bleek na een paar dagen wachten in spanning dat het inderdaad twee koppels waren.

Momenteel, het is nu midden maart 2019, zitten de vogels in de nachthokken van de volière, in afwachting van beter weer waarna ze naar buiten kunnen en hopelijk een geschikte nestplaats weten te vinden. Later meer 

Op zoek naar informatie over deze vogels kwam ik terecht op www.koperwiek.be. Op deze site staat een kweekverslag. Mijn bedoeling is om diverse informatie daaruit te gaan gebruiken  als vergelijkmateriaal met de ervaringen die ik ga opdoen met de nestbouw, het broeden en de opvoeding van de jongen.

Daarnaast zal ik een kweekverslag schrijven voor belangstellenden.

Van een kweekverslag gaat het niet komen. Het mannetje van koppel 1 heeft een mooi nestje gebouwd, maar Ma geeft er de voorkeur aan haar eieren op de grond te laten vallen. Stuk natuurlijk en jammer. Koppel 2 maakt geen aanstalten om ook maar iets te doen dat als gevolg zou hebben dat in de toekomst jonkies in de volière zouden vliegen.

Het is nu midden januari 2020. Ik ben de hoeveelheid dierlijk eiwit aan het opvoeren door middel van het voeren met pinkies, meelwormen en buffalowormen ( allen in ingevroren vorm).

Opmerkelijk is dat de vogels bijzonder aanhankelijk worden. de Pinkies worden zelfs uit de hand gegeten en de gorzen blijven rustig op hun plaats zitten als de deur van het nachthok open gaat en ik andere nesten inspecteer.

In tegenstelling tot de andere vogels die in de voliere zitten, gaan de gorzen 's nachts niet het nachthok in. Ze blijven buiten op een beschut plekje in een struik overnachten. Opvallend eigenlijk want ze zitten soms vol in de wind en bij +2 graden buiten lijkt mij geen pretje. Overdag vertoeven de vogels vaak op de grond en scharrelen wat tussen de begroeiing. Hopelijk beginnen ze in het voorjaar aan gezinsuitbreiding en dan kan ik beginnen met het schrijven van het beloofde kweekverslag.

Dat beloofde verslag gaat er niet komen. Niet omdat ik geen zin heb om het te schrijven maar omdat alle vogels in een tijdsbestek van 5 weken de geest gaven. Op een onbegrijpelijke manier kwamen ze aan hun eind: in de ochtend nog top in orde zo op het oog maar de avond werd niet gehaald, onbegrijpelijk.  Einde Geelbuikortholaan verhaal.